Begin 2019 startte dr. Jenke Gorter bij het UMCG om het onderzoek naar Noordzeeziekte verder te brengen. De komende tijd gaat ze meer dan 1400 stoffen onderzoeken in fruitvliegen, die als het ware, de Noordzeeziekte hebben. Als een van de stoffen effect heeft, kan dat leiden tot een doorbraak.
Onderzoek naar Noordzeeziekte doet ertoe
Gorter is een expert in neurogenetica en deed eerder wetenschappelijk onderzoek met behulp van fruitvliegen. “Dit is eigenlijk een droombaan voor mij. Alles valt heel goed samen in dit onderzoek. Ik vind het interessant om de effecten van een ziekte te analyseren en ik doe onderzoek dat van groot maatschappelijk belang kan zijn. Er is nog weinig bekend over Noordzeeziekte, dat maakt het spannend en ook ingewikkeld. Ik ga gewoon heel hard mijn best doen om nieuwe resultaten te behalen.”
Fruitvliegen lijken op mensen
In Nederland wordt steeds meer onderzoek gedaan met fruitvliegen. Een fruitvlieg lijkt in veel opzichten op een mens. Net als de mens heeft een fruitvlieg nieren, een darm en een hart. En ook de hersencellen van een fruitvlieg zijn bijna hetzelfde. “We testen de werkzame stoffen en kijken naar het ziektebeeld, daarvoor zijn fruitvliegen ideaal.” Gorter gaat aan de slag in het laboratorium van professor Ody Sibon waar al veel ervaring is opgedaan met onderzoek in fruitvliegen.
Heel veel testen
In het onderzoek worden stoffen uit een specifieke set (een zogenoemde library) getest op fruitvliegen waarin hetzelfde gen als patiënten met Noordzeeziekte is aangedaan en niet goed werkt. “We gaan heel veel stoffen testen, meer dan 1000”, vertelt Groter. “Ik hoop echt dat we iets gaan vinden wat werkt. Als we dat weten, helpt dat ook om uit te zoeken wat Noordzeeziekte is en hoe we daar iets tegen kunnen doen. Stel dat we die vervolgstap kunnen maken. Dat zou echt fantastisch zijn, dan hebben we echt iets bereikt.”
Stoffen zijn al goedgekeurd
Er zit nog een ander voordeel aan het testen van stoffen uit een library. De stoffen zijn al goedgekeurd door de FDA (US Food en Drug Administration) voor gebruik als medicijnen. Als er een stof is die aanslaat, kan die veel sneller gebruikt worden voor de behandeling van patiënten met Noordzeeziekte dan een compleet nieuwe stof. Bij nieuwe stoffen duurt het soms wel 15 jaar of langer voordat het gebruik als medicijn wordt toegestaan.
Het levert altijd iets op
Het is volgens Gorter lastig te zeggen hoe snel het onderzoek resultaat op levert. “We gaan stap voor stap door de library heen. Als je geluk hebt, kom je in het begin al een stof tegen die effect heeft. Het kan ook zo zijn, dat je door de hele library heen gaat zonder positief resultaat. Maar ook dan is het niet voor niets geweest, het levert altijd kennis op waarmee je verder kunt.”
Februari 2019
Foto: Stichting Noordzeeziekte: Aernout Steegstra